Wat is eigenlijk “O op de meter”?

‘Nul-op-de-meter’ is een term die sinds midden 2013 vleugels heeft gekregen in de woningbouw. Gelanceerd door het Energiesprong programma en via de ‘De Stroomversnelling’ bekend geworden bij een groter publiek. Fijn zo’n pakkende naam, no-nonsense, maar wat kopen we er voor?

Als ik zo rondvraag in mijn kennissenkring wat ‘Nul-op-de-Meter’ (NOM) betekent dan hoor ik:

‘en ja wie wil dat nou niet……’

Als ik vervolgens uitleg wat de randvoorwaarden zijn waarbinnen dat zou kunnen ligt de zaak al wat anders; een beperkt warm tapwatergebruik voor het huishouden, de thermostaat niet boven de 20 °C, en een zuinig huishoudelijke stroomverbruik. Als mijn kennissen dat horen proef ik bijna altijd wat teleurstelling. En dan is er nog de kwestie dat de energierekening wat ‘meeveert’ met koude winters en zon-arme zomers.

Een energienota van enkele tientjes per jaar – een berekening

Wat is dan de energienota in realiteit? Een gasaansluiting heeft zo’n (meestal) NOM-woning niet. Stel dat het huishouden totaal zo’n 5.370 kWh verbruikt en met nieuwe zonnepanelen zo’n 4.785 kWh per jaar opwekt, en de stroomprijs ongeveer € 0,215 per kWh is (2016).

Over 2016 is de energienota in dit voorbeeld zo’n € 10 per jaar, na verrekening van vastrecht en teruggave energiebelasting. Dat is een zeer laag bedrag, waar velen jaloers op zullen zijn.

Het goede nieuws is dus dat bij een ‘bewust’ en terughoudend woongedrag je met een huishouden in de buurt van € 0 per jaar zou kunnen uitkomen. ‘So-far-so-good’. Maar hoe ontwikkelt het zich in de toekomst?

De toekomst van z.g. ‘salderen’

We leven in Nederland namelijk in de relatieve luxe dat onze particuliere zonnepanelen in de zomer zonder kosten het stroomoverschot aan het net kunnen terugleveren voor diezelfde € 0,215 per kWh. Dat proces heet ‘salderen’ en betekent dat men het overschot aan stroom als het ware gratis mag ‘opslaan’ in het openbare net en weer ophalen als het nodig is.

Onze minister van Economisch Zaken heeft echter aangekondigd dat hij deze regeling wil gaan aanpassen zo omstreeks 2020. Er zal een ‘goede overgangsregeling’ komen.

Hoe ontwikkelt zich de energienota in de toekomst?

Hoe zou de energienota in deze NOM-woning zich kunnen gaan ontwikkelen door de jaren heen? Bijvoorbeeld over een periode van 10 jaar naar het jaar 2025. Laten we eens kijken naar diezelfde voorbeeld NOM-woning

Het stroomverbruik zal waarschijnlijk onveranderd 5.370 kWh/jaar zijn. We nemen aan dat de elektriciteitsprijs doorstijgt met zo’n 3,4% per jaar, iets minder dan 4,2% gemiddeld tussen 1996 en 2015. Dan is in 2025 de stroomprijs € 0,301 per kWh.

De opbrengst uit de zonnepanelen van deze NOM-woning zal in 2025 zijn gedaald. Zonnepanelen degraderen namelijk en produceren van jaar op jaar wat minder stroom. De zonnepanelen leveren dan in 2025 gemiddeld per jaar nog maar 4.402 kWh/jaar. 20% Wordt doorgaans direct zelf verbruikt en de rest teruggeleverd aan het net.

De terugleververgoeding (circa € 0,215 in 2015) zal waarschijnlijk zijn gedaald in 2025. Analoog aan de situatie in Duitsland nu zou in Nederland in 2025 de terugleververgoeding zijn gezakt tot € 0,0934 per kWh.

De huidige jaarlijkse terugbetaling energiebelasting van € 377 zal verder zijn gedaald.

De NOM energienota in 2025

Wat is dan het effect op de energienota van onze NOM-woning? Met deze veronderstellingen stijgt de energienota voor deze NOM-woning van € 10 naar ongeveer € 1.356 per jaar in 2025. Vastrecht en regulerende energiebelasting zijn verdisconteerd.

U leest het goed, € 1.356 per jaar, of wel € 113 per maand. Dat is volstrekt geen ‘nul-op-de-meter’ meer, maar bijna 3 tientjes per week!

Verdiep u in de NOM voorwaarden en consequenties

Als woningkoper of -huurder heeft het dus zin om u te verdiepen in de ‘Nul-op-de-meter’ voorwaarden over langere tijd.

Hoop dat ik u hiermee wat duidelijkheid heb gebracht.

Namens A.J. Loots BV, Roy van den Boomen